Al van ver zijn de imposante muren van Carcassonne te zien. Het is een icoon van de middeleeuwen. Het past naadloos in een film. Het is de grootste, compleet ommuurde vesting van Europa. Nergens zijn de middeleeuwen meer tastbaar dan in Carcassonne en eigenlijk moet iedereen die naar Zuid Frankrijk gaat, dit UNESCO monument een keer bezoeken.
Het verhaal achter de naam
Zo stoer en heroïsch als de stad is, zo indrukwekkend is ook het verhaal over de oorsprong van de naam. We gaan terug naar de 8e eeuw. De stad was toen in handen van de Saracenen en Karel de Grote wilde de stad terug veroveren. In de allereerste veldslag werd de stadhouder van Carcassonne gedood. In plaats van zich over te geven nam zijn vrouw Carcas de leiding van het verzet over. Vijf jaar lang werd de stad belegerd, maar gaf zich niet over. De heldhaftige Carcas maakte veel indruk op de Franken. Uiteindelijk bleef zij na vijf jaar oorlog met slechts een paar bedienden over. Er was niets meer te eten, afgezien van een enkel varken en een zak graan. In een wanhoopspoging gaf Carcas opdracht om het graan aan het varken te voeren en liet ze de bedienden in wapenuitrusting op de muur plaatsnemen om de indruk te wekken dat er nog steeds ridders waren. Het varken liet ze vervolgens van de muur gooien. Op de grond spatte het open en het graan stroomde eruit. Toen Karel het varken en het graan op de grond zag liggen en de ridders op de muur zag staan, zou hij vertwijfeld hebben gezegd; “Vijf jaar hebben we deze stad belegerd en nog steeds kunnen zij zich veroorloven om voedsel over de muur te gooien. Vijf jaar hebben we gevochten en nog steeds staan er ridders op de muur. Verder beleg is zinloos”.
Tijdens zijn aftocht luidde Carcas, inmiddels een legende, dolgelukkig de klokken. ‘Carcas sonne’ (Carcas luidt).
Hoewel de stad veel ouder is dan de 8e eeuw, het gaat terug tot in de Romeinse tijd, en de naam Carcassona al in 5e eeuw voorkomt, past het verhaal van Carcas perfect bij de heroïsche geschiedenis van de stad. Net buiten de stadsmuren word zij daarom vereerd met een standbeeld.
Wandelen over de muur
Als we na een wandeling door de buitenwijken onderaan de muren van Carcassonne staan, zijn deze nog indrukwekkender dan van een afstand. Je vraagt je af hoe ze in de middeleeuwen deze muren konden bedwingen. Gelukkig voor ons staat de stadspoort open.
Als we er rondlopen, kunnen we ons niet voorstellen dat rond 1800 Carcassonne ernstig in verval was geraakt en dat er serieuze plannen waren om de hele vesting af te breken. Zoals gelukkig wel vaker, kwam er verzet tegen dit besluit. En met succes. Onder leiding van de architect Eugène Viollet-le-Duc werden de middeleeuwse vestingwerken stuk voor stuk hersteld. De werkzaamheden duurden ruim 60 jaar en waren pas in 1911 gereed. Voorlopig dan, want vandaag de dag wordt er nog steeds gerestaureerd. Zo is het – na een aantal eeuwen – pas sinds september 2024 weer mogelijk om helemaal rond te lopen over de muur. Er zijn twee omwallingen en over de binnenste muur kun je nu wandelen.
Wij kopen twee kaartjes en beginnen vol bravoure aan de 1,3 kilometer lange tocht. Het lijkt qua afstand niet ver, maar met telkens een ander uitzicht op zowel de vesting als op de omgeving en met geregeld een trap op en dan weer een trap af, doe je toch ruim twee uur over de wandeling. Dat had nog veel langer kunnen zijn, als we onderweg hadden toegegeven aan alle terrasverleidingen. Na de wandeling vinden we dat we dat wel verdiend hebben en sluiten we aan bij een hip feest met een dj op een binnenplaats. Zelfs met een glas in de hand hebben we nog uitzicht op de middeleeuwse muren van Carcassonne.
Bourgondisch Carcassonne
Naast de historische architectuur, is de oude binnenstad van Carcassonne – La Cité – ook een paradijs voor fijnproevers. In elke straat zit wel een verleidelijk restaurant of een aanlokkelijk terras. De trots van de regio is Cassoulet, een stoofpot van bonen, worst en vlees. Deze word in bijna elk restaurant wel aangeboden. De keuze is echter reuze en zowel liefhebbers van de Franse als van de wereldkeuken komen aan hun trekken. Bovendien is er een royaal aanbod aan regionale wijnen. De eetmogelijkheden in Carcassonne zijn net zo indrukwekkend en gevarieerd als de stad zelf.
Bij het verlaten van Carcassonne door de stadspoort, worden we gelijk al weer de nieuwe wereld in gezogen. Er staat een vrouw met een gitaar. Geen middeleeuws exemplaar, maar één met een versterker. Ze lacht ons vriendelijk toe. In de gitaartas voor haar liggen euro’s. We zijn weer terug in de 21e eeuw.